Overdenking: vertrouwen in je nood

Lees: Psalm 77

Asaf heeft een prachtige Psalm geschreven, juist voor diegenen die in nood ervaren. Nood kan zich uiten in lichamelijke pijn. Het kan ook gemis zijn, van bijvoorbeeld een geliefde. Sommigen ervaren ook in hun leven een gebrek aan doel of energie. Ook dan kan je spreken van nood. Of het nu over jouw nood gaat of over die van iemand die je lief is, zoals je ouders of juist je kinderen, Asaf heeft deze Psalm geschreven met die benauwdheid in het achterhoofd. Het is wel bijzonder om te bemerken dat die benoemt mag worden. Wie de Bijbel eerlijk leest, komt er achter dat daar best vaak sprake van is. Het volk Israël heeft benauwde tijden gekend, maar de richteren, profeten en koningen net zo goed. En wat te denken van hen die we in het Nieuwe Testament tegenkomen? Kortom: de nood of je benauwdheid krijgt een plaats in de lofzang voor Israël. In dit geval dus in de woorden van Psalm 77.

Wie te maken krijgt met lijden, kan de vraag krijgen of God je is vergeten. Dat zegt vers 8 dan ook. Zou de Heere dan in alle eeuwigheid verstoten? Het is een begrijpelijke vraag. En in onze Nederlandse cultuur hebben we er nog wel eens een handje van om met schuld en schaamte rond te lopen. Ik zal wel iets verkeerd gedaan hebben, denken we wel eens. God laat dit toch toe? Daar moet een reden voor zijn. Maar dan mogen we ook denken aan Job. Job had niets verkeerd gedaan en hem overkwam toch allerlei narigheid. Hij verloor zijn vrouw en kinderen, zijn bezittingen en zijn eigen gezondheid. En toch was er geen zonde in zijn leven, waaraan hij dit zou hebben verdiend. Jezus bevestigt ook dat het helemaal niet om zonde hoeft te gaan. In de Bergrede spreekt Jezus over onze houding ten opzichte van anderen, die ons kwaadgezind zijn. In Mattheus 5:45 zegt Jezus dan:

“zodat u kinderen zult zijn van Uw Vader, Die in de hemelen is, want Hij laat Zijn zon opgaan over slechte en goede mensen, en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.”

De zon schijnt voor beide en de regen komt voor beide. Ook al gaat het hier over het liefhebben van je vijanden, hen te zegenen die ons vervloeken en goed te doen aan wie ons haten. Dan nog is de conclusie dat God beide een gelijk deel op de aarde ontvangen. Zon of regen, beide krijgen hetzelfde. Geheel in lijn met Jobs levensgeschiedenis dus.

Wat in Psalm 77 dan verder staat is een mooie aanmoediging voor diegenen die nood ervaren. Asaf gedenkt in de beschreven nood wat God gedaan heeft: Zijn wonderen, Zijn daden. Hij spreekt over de verlossing van Israël en de schepping van God. Beide getuigen van Gods wonderen, Gods ingrijpen en Gods handelen in deze wereld. Daar moeten we het soms ook zoeken. Wie lijdt, heeft het moeilijk en kan bemoediging gebruiken. Wel, zegt Asaf, zoek die bemoediging in wat God tot nog toe al wel heeft gedaan. Persoonlijk denk ik dan aan de wijze waarop God mij in de weg van het voorgangerschap heeft gedragen en leiding heeft gegeven. Op de bijzondere momenten, wanneer het er echt op aankwam, dan was God daar. En soms was dat op hele bijzondere en persoonlijke wijze. God werkt met, door en voor Zijn volk Israël en de Gemeente. Tegelijkertijd doet Hij dat ook heel persoonlijk. Die twee komen samen in Psalm 77. Iemand met een persoonlijke nood vindt Gods persoonlijk bemoediging in Gods handelen.

Als u of jij het moeilijk hebt, kijk dan omhoog. Onze Hemelse Vader ziet in genade neer op Zijn kinderen. Hij heeft ons niet verlaten. Dat kan en dat wil God ook niet. God ziet alle dingen en kan ons weliswaar beproeven. Maar daarmee kijkt God hoe wij handelen. Laat ons handelen in de nood gekenmerkt worden door die aanmoediging van Asaf: Kijk naar wat Hij heeft gedaan en wees moedig! Zijn verlossing nadert!